Henryk M. Broder (Katowice, Polen, 1946) is een van de felste en meest gevreesde polemisten van Duitsland. Hij schreef lange tijd voor Der Spiegel, daarna voor Die Welt (nu nog) en sinds een aantal jaar ook voor het mede door hem opgerichte populaire blog Die Achse des Guten (De as van het goede), dat volgens eigen zeggen ‘groeit ondanks de aanvallen van linkse censuuractivisten.’
Middelmatige idioten
Broders ouders overleefden de Holocaust, zijn moeder Auschwitz, zijn vader Buchenwald. Hij had een slechte relatie met zijn vader: “Een angstige, burgerlijke man die altijd bang was voor wat de buren zouden vinden. Zo wilde ik niet worden.” In de jaren tachtig woonde Broder in Israël, waar hij voor de Jerusalem Post werkte en zijn bekendste boek schreef, Der ewige Antisemit, waarin hij poogt zowel rechts als links antisemitisme van alle maskers te ontdoen. De gelijknamige documentaire, waarin ook mijn vriend Leon de Winter voorbijkomt, is op YouTube te zien. Tot voor kort was hij een vertrouwd gezicht in Duitse talkshows. Daarmee is hij nu gestopt, omdat zijn minachting voor de presentatoren hem parten begon te spelen.’Middelmatige idioten van de media,’ noemt hij ze, die maar één doel hebben: ‘Door en door politiek correct zijn’. Hij speelt liever de rol van luis in de pels. Voor Broder is het een medicijn tegen zijn aanleg voor depressies, een reden om ’s ochtends uit bed te komen. Het gelukkigst is hij in Amerika, IJsland of Nederland. Afgelopen zomer was hij nog in Sneek, waar hij het skûtsjesilen bezocht. “Prachtig toch?”
Uitsluitingscriterium
Jarenlang stond Broder bekend als links. Hij zegt dat hij dat nog steeds is maar omdat hij kritiek heeft op massa-immigratie en op wat hij ‘het fascisme binnen de islam’ noemt, wordt hij inmiddels in het rechtse kamp geplaatst. Ook omdat hij dit jaar een landelijke petitie ondertekende waarin tachtig intellectuelen opriepen de rechtsorde aan de grenzen te herstellen en een kritisch islamdebat te voeren. “Maar”, zegt hij, “ik ben mainstream. Ik maak geen deel uit van de intellectuele elite. Ik ga niet naar hun feestjes.”
De term ‘rechts’ is volgens Broder niets meer dan een uitsluitingscriterium geworden: “Lange tijd werd van mij gezegd dat ik psychologisch niet in orde was. Dat kwam omdat ik de ijsbreker was. Mensen kunnen het niet aan de realiteit onder ogen te zien, dat Duitsland exponentieel snel wegzakt op tal van terreinen. Heel het land heeft last van de Duitse ziekte: die van het wegkijken. Daarnaast maken veel mensen geen onderscheid meer tussen rechts, rechtsradicaal en extreemrechts: alles is fout. De in 1999 overleden publicist Johannes Gross, een heel slimme man, zei daarover: ‘Hoe langer het Derde Rijk dood is, hoe sterker de weerstand tegen Hitler zal worden.’ En dat klopt, Hitler was nog nooit zo ‘aan de macht’ als nu. Alles is tegen rechts: de Gay Pride, boekenbeurzen, arbeidersverenigingen, alles.”
Maar over het rechts-populistische Alternative für Deutschland (AfD) is hij duidelijk: ‘AfD zie ik als een gestoorde partij, sommige leden zijn slim maar er zitten ook walgelijke antisemieten bij. Ik snap niet waarom ze die er niet uit trappen. Ze krijgen steeds meer aanhang, ik denk dat AfD bij de volgende verkiezingen zeker twintig procent van de zetels zal krijgen, Ook omdat steeds meer mensen doorzien dat er sprake is van een partijkartel, ze zien de valstrik: de CDU van Angela Merkel, de sociaal-democraten en de groene partijen willen hun monopoliepositie houden, ondanks het feit dat steeds minder mensen in deze partijen geloven. Dus delegitimeren ze werkelijk alles als conservatief of rechts. Ze zijn als een bedrijf dat wanhopig probeert een faillissement te voorkomen. En de media doen daaraan mee.”
Verlangen te falen
In de ogen van de ‘politiek correcten’ zijn er twee categorieën zondaren, volgens Broder, ‘rechtse mensen’ en mensen die rechts in de kaart spelen. “Ik zou een van die laatste groep zijn,” zegt hij. “Zo werd ik door journalist Christian Bommarius in 2011 zelfs verantwoordelijk gehouden voor de moordpartij van Anders Breivik. ‘Breivik und Broder’ was de kop boven zijn artikel over mijn zogenaamde ‘agressieve anti-islamisme’. Volgens Broder is dit een voorbeeld van hoe critici worden gedemoniseerd en in een hoek gedrukt. Maar, zegt hij: “Je moet daartegen blijven ageren en laten zien dat je dat niet pikt.” Het pro-immigratiebeleid van bondskanselier Angela Merkel is in eigen land zeer omstreden. “Niemand weet waar het vandaan komt,” zegt Broder. “Een populaire verklaring is: de Duitsers lijden aan schuldgevoel, maar dat is onzin. Dat verklaart niet waarom we in Zweden hetzelfde destructieve gedrag zien. Misschien gaat het in Europa al te lang te goed en is er een onbewust verlangen te falen: van tijd tot tijd moet zich een ramp voltrekken. Aan de linkerkant van het spectrum is het gemakkelijker te verklaren. Links heeft altijd iemand nodig voor wie ze zich hard kunnen maken. Eerst moesten de arbeiders beschermd worden, toen de Derde Wereld, toen de Palestijnen, toen ik weet niet wie – de immigranten, transgenders en de aarde.”
Europees DNA
Broder profileert zich duidelijk als Joods. Hoe ervaart hij het Duitsland van nu? “Als Jood in Duitsland word je geacht je op twee manier te gedragen: als slachtoffer én dankbaar dat ze je niet vermoorden. Zo weiger ik te leven, dat schreef ik al in 1986. Toen kon ik alleen nog niet weten dat ook de islam extra antisemitisme naar Europa zou brengen. Dat is inmiddels overduidelijk. De helft van de bevolking weet dit en erkent dit, de andere helft van de bevolking kijkt weg. Vooral zogenaamd progressief links, dat om de capitulatie van Israël vraag vanwege de bezetting. En je hebt de rechts-antisemieten – de oude en nieuwe Jodenhaters, maar die vind ik volstrekt oninteressant en onbelangrijk, omdat er geen politieke situatie is waarin ze kunnen gedijen. Maar als er een aanval op een synagoge is en de politie kan de daders niet vinden, wordt zo’n voorval automatisch als rechts-extremistisch gekwalificeerd. Dat is de wereld op z’n kop.”
Antisemitisme noemt Border ‘onderdeel van het Europese DNA’. “Het is nooit weggegaan, het werd lange tijd binnen de perken gehouden omdat het sociaal onacceptabel was antisemiet te zijn Het was een taboe en daardoor niet meer vitaal, maar antizionisme is er de dekmantel voor geworden.” Wat merkt hij in het dagelijks leven van Jodenhaat? “De moderne antisemiet ontkent de Holocaust niet, maar gebruikt hem als argument tegen de Joden. Hij vindt dat de Duitsers wél van hun fouten en geschiedenis hebben geleerd, maar dat de Joden op arrogante wijze blijven doorgaan met hun ‘bijgeloof’. In die redenering is antisemitisme dus iets wat Joden zelf opwekken en wat ze kunnen voorkomen door medeschuld voor de Holocaust te dragen. De moderne antisemiet is een ‘eerbare’ antisemiet door aan blaming the victim te doen. Ik ontvang brieven van deze strekking, met de vraag of ik niet een voorde kan nemen aan ‘goede Joden’.”
Woody Allen
Broder hekelt de Duitse herdenkingscultuur, en spreekt zelfs over ‘herinneringswaan’, maar is het niet goed om stil te staan bij de gruwelen van de Holocaust, om herhaling te voorkomen? “Ik schreef het boek Vergesst Auschwitz, dat was natuurlijk een provocatie en ik ben geen voorstander van vergeten , helemaal niet maar ik ben wel een tegenstander van het ritualiseren van de geschiedenis: Duitse rappers die vanwege antisemitische teksten bij wijze van taakstraf naar Auschwitz worden gestuurd, onzin! Stuur ze naar Tel Aviv! Neem scholieren mee naar Israël, waar Joden er niet uitzien als Woody Allen. De Holocaust snappen ze wel, het is de best gedocumenteerde gebeurtenis uit de geschiedenis van de mensheid. In Israël krijgen ze een beter idee van het Joodse leven. De diaspora is volkomen irrelevant geworden. In Israël zijn ze trots, ze vragen er niet om vergeving, ze zijn gestopt met slachtoffer spelen. Dát is leerzaam.”
Dit interview verscheen eerder in Nieuw Israelisch Weekblad (NIW, 30 november 2018, jaargang 154)

Ik ben jurist/journalist en schrijf vrijpostig en grondig over de grote thema’s van deze tijd. Met belangstelling of plezier gelezen? Doe een donatie voor het vrije woord. Dank!