IS-spijtoptant: “In Nederland krijg je straf, maar oordeelt men niet”

Sietske Bergsma

23 september 2023

Jihadverdachte Victor D. uit Heeten wil graag terug naar huis en zijn rechtszaak bijwonen, schreef hij vanuit IS-gebied in Syrië aan de rechtbank. Met de brief wil Victor -hij noemt zichzelf tegenwoordig Zakariyya-  de rechter informeren over wie hij is en waar hij voor staat, mocht hij de tocht naar Nederland niet overleven. “In dit schrijven probeer ik niet mijn onschuld te bewijzen. Ik wil u meenemen naar wat mij beweegt, wat mij raakt en wat ervoor zorgt dat ik ervan overtuigd ben dat ik mij inzet voor een nobele, eerlijke zaak.”

Deze zaak speelde in 2017 (en zo begon ik toen ook deze column) en na de terugkeer van vele IS-vrouwen staan opnieuw de “mensenrechten” van jihadisten ter discussie, maar wel zo dat je sowieso van “anti-rechtsstatelijkheid” wordt beschuldigd als je deze lieden liever buiten de deur houdt. Zelfs Pieter Omtzigt brandt daar zijn vingers niet meer aan. Christenen, polderdominee’s, linkse deugers unite: het kwaad is er in de eerste plaats om vergeven te worden.

De wereld zou te klein zijn als de man (of vrouw) die vier puppies verdronk in een emmer in de pen zou klimmen om meer begrip. Zo verdedigde ik als strafadvocaat ooit een inwoner van Utrecht die zijn hond in de garage tegen de muur had doodgeslagen (‘hij blafte te vaak’). De ontzetting en woede op de gezichten van de officier van Justitie en voltallige rechtbank zal ik nooit vergeten – het was een enorm beladen zaak, emotioneel ook. Het was dan ook niet het bewijs, waar voldoende van was, maar de morele afkeur en onvergefelijkheid van zijn daad waar ik mee moest werken. Hij zou door het stof moeten gaan als hij nog als mens (in de ogen van anderen) naar buiten wilde, vertelde ik hem vooraf.

Morele afschuw, zoals in elk strafbaar feit (in meer of mindere mate) besloten ligt, is als het om jihadisme gaat ineens conceptueler en politieker merk ik. Het laten terugkeren van IS-spijtoptanten is een soort praktisch probleem dat dus praktisch opgelost moet worden, zoals puinruimen na een storm, het hechten van een open knie na een val, en het terughalen van militair personeel na een missie. Want ‘nu de eindstrijd tegen terreurorganisatie IS voorbij is, moet Nederland meer doen om spijtoptanten terug te brengen’, aldus experts. Het onbewuste drijft boven: de spijtoptanten waren in feite op (onze) missie.

Waarom zouden we anders bezig moeten zijn met hun spijt en terug willen? Moorden en vernielen is minder leuk als je aan de verliezende hand bent, bedoelen ze. Jongens als Victor ‘Zakariyya’ D. willen in plekken als Heerten gewoon weer terug naar hun games, hun schoon gewassen onderbroeken en kinderlijke ouders die ‘het ook allemaal niet snappen’. Terug naar wat het ook is wat ze ooit hadden. Niets geleerd, gewoon moe.

En begrip zullen de psychotherapeutische rechtbanken hebben, voor het verhaal van Zakariyya-wil-niet-meer. Hij voorvoelt het zelf al: “Ik was eerder niet van plan terug te komen voor het proces. Maar ik heb gezien dat broeders een eerlijk proces hebben gehad. Ik vind de straffen nog altijd belachelijk, maar ik heb niet het gevoel dat ze oneerlijk zijn behandeld door de rechters.” In Nederland krijg je straf, maar oordeelt men niet, ook niet als je een islamitische overtuigingsdader bent. Victor D. vertelt het ons.

Spijtoptant Victor schroomt dus niet om begrip te vragen voor zichzelf, voor zijn aanwezigheid bij wat wereldwijd momenteel als de meest gruwelijke, barbaarse en ontwrichtende collectieve misdaad wordt beschouwd. De kindermoorden, de martelingen, de verkrachtingen van vrouwen, vernieling van erfgoed en het zaaien van angst en terreur tot ver buiten hun eigen verschroeide aarde. De rechtspraak is failliet als het allerergste moreel onderhandelbaar is. Dan wordt alles: ‘the knife went in‘. Overgeleverd aan willekeurige verontwaardiging, politieke instrumentalisering van daders en slachtoffers. Zoals we om ons heen overal kunnen zien.

Meest recente berichten