Herstelbetalingen: boete doen om het heden (juist) wit te wassen

4 november 2022

“Nederland moet iets vinden van het slavernijverleden en zich daartoe verhouden omdat het een onvoltooid hoofdstuk is.” Met deze woorden sorteerde premier Rutte september jl. tijdens een bezoek aan Suriname voor op formele excuses. De media speculeerden er meteen op los welke herstelbedragen daar mee gemoeid zouden zijn.

Welnu, er komt een fonds met daarin 200 miljoen euro “om het historisch bewustzijn te vergroten”. De kersverse (en niet geheel onomstreden) Nationaal Coördinator tegen Discriminatie en Racisme (NCDR), Rabin Baldewsingh deed vooraf ook een duit in het zakje: excuses voor slavernij moesten er snel komen. Maar welke slavernij bedoelt de NCDR (en daarmee het kabinet) dan? De Atlantische slavenhandel? Die in Indië? In de Lage Landen? Want wie A zegt, moet ook B zeggen, lijkt mij. Welke geschiedenis en welke hoofdstukken zijn wél voltooid verleden tijd? Zijn excuses ook gepast in de tégenwoordige tijd, of blokkeert het schuldige verleden misschien het zicht op de wandaden van nu? Bij dat laatste: ja, en ik denk dat het spelen met historisch bewustzijn die functie vervult. Als bliksemafleider en aflaat. 

In het Nationaal Programma van de NCDR wordt niet duidelijk welk hoofdstukken onvoltooid zijn en welke niet. Maar ik kwam wel allerlei andere dingen tegen. Namelijk dat de nazaten van tot slaaf gemaakten “tot op de dag van vandaag de doorwerking ervaren”. In welk opzicht wordt niet duidelijk. Behalve dat in de strijd daartegen moet worden aangesloten bij definities van ‘institutioneel racisme’, zoals die onder andere door het ‘College voor de Rechten van de Mens’ zou zijn bepaald. Dat klinkt gewichtig maar veel mensen weten niet dat dit landelijke college geen erkende, rechterlijke instantie is, maar een kangaroo-court bestaande uit activisten die lukraak politiek correcte uitspraken doen wanneer de tijd (lees: de Agenda) daarom vraagt. Dat hoofddoekjes bij de politie discriminatie zouden tegengaan, dat idee.

Er wordt met deze herstelbetalingen selectief geshopt in het bewustzijn van mensen. Ze worden als het ware geredigeerd om te denken in termen van kleur en tijdvakken, en om elke vorm van achterstelling door de bril van racisme te zien. De blanke overheerser vs. de zwarte vrijgemaakte, de huidige, reddende macht die de blanke schuld kwijtscheldt, namens ‘allen’. Een soort nieuw kolonialisme dus, waarover straks meer.

Vandaar ook dat ze er niet gelukkig mee zijn dat die “doorwerking” onvoldoende tot uiting komt. Het geweeklaag van de tot slachtoffer gemaakten wil nog niet echt los komen. Er moet nog flink gewerkt worden aan de aangiftebereidheid van racisme-slachtoffers, aldus de auteurs. Ook aan het uitbannen van ‘hate speech’ moet gewerkt worden. Daarmee wordt expliciet bedoeld haatzaaiende uitspraken richting zwarten, moslims en LHBTQ+ groepen (andere potentiële slachtoffers worden buiten beschouwing gelaten). Het Programma moet het overheidsbeleid via belangengroepen “een impuls geven”, en dat lukt natuurlijk het beste via openlijke discriminatie en racisme (“wij zijn niet kleurenblind”). Niets nieuws onder de zon, maar het is wel interessant om de bron van deze obsessie met onze blanke erfzonden te duiden. 

Dat er sprake zou zijn van ‘doorwerking’ van oud zeer zegt weinig concreets over de werkelijke achterstelling van de vermeende slachtoffers van slavernij, die bovendien steevast tot een groep worden gereduceerd (en niet tot mens, zoals de NCDR in het programma beweert). Het boetedoening-beleid zegt wel veel over de westerse cultuur van minachting voor andere volken en culturen. Het gaat er vanuit dat die pas via een morele interventie van ‘onze’ kant de bladzijde uit hun geschiedenis kunnen omslaan en verder kunnen met hun leven. 

Wat in onze tijd voor westerse beschaving moet doorgaan is een bewust weten dat je in essentie een barbaar bent, een uitbuiter en een schuldige. Dat zegt ook de Franse schrijver Pascal Bruckner in zijn belangrijke essay, ’De tirannie van de schuld’, waarin deze pathologie diepgravend wordt uiteengezet. De “eeuwigdurende boetedoening” heeft in zijn ogen niet de veronderstelde helende kracht, maar fungeert als publieke zelfkastijding, waarbij men kan zwelgen in de zonde. Een erfenis van het christendom, met het belangrijke verschil dat er (dit keer) geen aflossing van de schuld mogelijk is. Er wordt steeds opnieuw gezocht naar een bron van zelfhaat en tekortkomingen. Met name vanuit de gevestigde macht, die deze zelfhaat transporteert naar het gepeupel. 

De golf van boetedoening die over Europa en de Verenigde Staten spoelt, waaronder ook in de kerk, is alleen heilzaam als het wederzijds is, schrijft Bruckner. Als andere godsdiensten en andere systemen ook hun eigen dwalingen en tekortkomingen erkennen. Als in landen in Afrika, Zuid-Amerika en Azië ook zelf-kritiek wordt toegestaan. Zodat zij niet te makkelijk, en door ons gefaciliteerd, een zondebok kunnen aanwijzen die al hun tegenslag verklaart: het westen, kapitalisme, globalisering, kolonialisme. 

Het met veel ceremonie maken van excuses voor het slavernijverleden is dus vooral het in stand houden van een behoefte aan superioriteit, niet het opheffen ervan. En een belangrijk, bijkomstig voordeel voor de makers van de excuses is dat elke vorm van onderdrukking in het hier en nu, en dichter bij huis, buiten beeld blijft. Druk doende met het verleden, vol mooie beloftes voor de toekomst, wordt het heden een standaard schone lei. Maar dat is het allerminst, en geen enkel onverplichte ‘sorry’ of bureaucratisch aflaatsysteem kan dat verhullen.