Read the room

Sietske Bergsma

1 februari 2024

Omdat na mijn Bakkie uitzending van afgelopen dinsdag nu ook mijn inbox volstroomt met mails van mensen die er op los speculeren, moet er misschien nog iets gezegd worden over het ontslag van Raisa Blommestijn bij Ongehoord Nederland. Ik zeg “misschien”, omdat het ernaar uitziet dat iedereen zijn mening al klaar en ingegraven heeft. Deze beschouwing is er dus misschien alleen voor wie zich, net als ik, niet met volle overgave in de ‘familieruzies’ op rechts stort. Die met plaatsvervangende schaamte het niveau ziet kelderen. Die de soap met argusogen aanschouwt.

Voor wie het nog niet had meegekregen: het ontslag van presentatrice Raisa Blommestijn bij Ongehoord Nederland was het gevolg van een “ultimatum” van voorzitter van Ongehoord Nederland, Arnold Karskens. Blommestijn zou niet meer op X mogen ‘twitteren’, omdat haar berichten niet “zorgvuldig” zouden zijn. Hieronder in het kort de beide kanten:

De reactie van ON:

“De kernwaarden van omroep Ongehoord Nederland omvatten de vrijheid van meningsuiting en persvrijheid. Als omroep streven wij naar nauwkeurige verslaggeving en zetten wij ons in voor de waarheid. Wij hebben Raisa Blommestijn, in haar functie als presentatrice van Ongehoord Nieuws, meermaals verzocht om zorgvuldig om te gaan met haar online uitspraken. Over correct journalistiek handelen kunnen meningen verschillen. Dat is iets anders dan censuur.”

Wat het ontslagtheater rond Ongehoord Nederland laat zien is dat ‘reading the room’ – zoals dat heet – steeds zeldzamer wordt in dissidentenland. Ik bedoel daarmee het in contact staan met wat er leeft, met wat werkt (en niet werkt) om progressie te maken. En het onvermogen om voorbij de “strijd voor vrijheid van meningsuiting” daadwerkelijk een zinnige, inhoudelijke bijdrage te leveren komt tot uitdrukking in de pathetische piketpaaltjes van “neger” en “omvolking” en of dat nou wel mag of niet mag. En als het niet mag, dan is dat “censuur!”. Dat ligt veel genuanceerder, en dat zou Blommestijn als rechtsfilosoof moeten weten.

Het hedendaagse ‘verzet’ lijdt onder wat uitgever Tom Zwitser een tijdje geleden terecht “de metafysica van de wappie beweging” noemde. Waarin de heilige drie-eenheid ‘liefde, verbinding en vrijheid’ is ontaard in complete overspannenheid en paranoia over wie er nog “echt” strijd voert en wie “gecontroleerd” is. En Blommestijn laat zich er graag op voorstaan dat zij voor alle troepen uitloopt om alle heilige huisjes omver te trappen, omdat dit over vrijheid zou gaan. Maar dat is helemaal niet nodig.

Nogmaals, read the room. Er is inmiddels veel bereidheid onder ‘normies’ om wat naar rechts op te schuiven (zie de PVV verkiezingsuitslag), de gevestigde macht verliest het script en in feite hoeven we alleen maar verrassend en niet tien keer op een dag “we moeten straks krekels eten!” schreeuwend uit de hoek te komen. Maar dat is blijkbaar teveel gevraagd. Het onderwerp vrijheid van meningsuiting voelt dan ook steeds meer als een flauwe opwarmmaaltijd, niet als een gerecht met smaken en variatie. Waar je niet de hele pot sambal overheen kiept omdat “het gewoon moet kunnen”.

Dit keer neem ik het dus even op voor Ongehoord Nederland, omdat Blommestijn een ‘fuck around, find out’ momentje had, maar dat aanzag voor een “aanval op de vrijheid van meningsuiting” en “censuur”, op basis waarvan ze nu zelfs een crowdfund actie is gestart. Absolute vrijheid geniet niemand in een dienstverband, of daarbuiten overigens, en ook niet als dat bij een rechtse omroep is. En choose your battles geldt ook daar. 

Het is mijn vermoeden dat Blommestijn al een tijdje genoeg had van de omroep. Ze is op een missie. Het informeren van mensen over het nieuws, de actualiteiten en achtergronden gaat wellicht wat vervelen na anderhalf jaar. Dezelfde onrust neem ik waar bij Blommestijns “beste vriendin” Eva Vlaardingenbroek. Ik adviseer ze, en dat meen ik niet flauw, om na te denken over wat ze nu precies wíllen bereiken. Want die imaginaire vertegenwoordiging van “het rechtse geluid”, waar ook de boeren steeds bijgehaald worden, is nogal out of touch. Ze betrekken nergens een tussenruimte, een kamer met anderen om de missie te ‘finetunen’. Er is alleen het grote Zenden. 

Maar misschien heb ik het mis, dat kan natuurlijk ook. Maar ik denk het niet. Wil ik maar zeggen, want ik mág dat zeggen. Zo was het toch?